Bewegen wordt verderop in het ziektebeloop moeilijker voor mensen met Parkinson. Toch blijft bewegen essentieel: organen hebben het nodig om te blijven functioneren. Hoe doe je dat dan? “Letterlijk en figuurlijk stap voor stap”, legt dr. Maarten Nijkrake, fysiotherapeut gespecialiseerd in Parkinson bij Radboudumc, uit.
“Naarmate Parkinson vordert, wordt bewegen weliswaar moeilijker, maar tot ver in de ziekte zijn mensen wel in staat te bewegen”, vertelt Maarten. “Gelukkig maar, want mijn praktijkervaring is dat veel bewegen leidt tot een gunstiger ziektebeloop. Bewegen heeft bovendien een beschermend effect op het brein; door bewegen blijven de cognitieve functies beter. Een interessant onderzoeksveld dat meer aandacht verdient.”
Als therapeut licht Maarten zijn patiënten goed voor in wat ze van bewegen kunnen verwachten. “Iemand wordt niet per se beter – het doel is vooral op lange termijn beter te blijven. Bewegen maakt bij Parkinson het verschil tussen na verloop van tijd achteruitgaan of veel hardere achteruitgang. Het biedt dus perspectief.”
Op het spreekuur komt vaak de partner of mantelzorger mee met de patiënt. “Is de partner of mantelzorger er niet bij, dan vraag ik altijd waarom niet. Is deze misschien overbelast? Is er wel een begeleider mee, dan is dat ook handiger voor mij: dan kunnen we samen meedenken met de patiënt.
De Parkinsonpatiënt heeft vaak moeite met informatieverwerking, vergeet wat we hebben besproken zodra hij buiten staat of heeft achteraf veel vragen. De partner of mantelzorger heeft hierin dus echt een meerwaarde. Patiënt en partner/mantelzorger hebben regelmatig een meningsverschil over de mate van bewegen. De patiënt vindt dat hij voldoende beweegt, de partner vindt van niet. Voor mij zinvolle informatie om op in te spelen.
Overigens geven mensen met Parkinson vaak de brui aan sport omdat ze niet goed meer mee kunnen komen met leeftijdgenoten. Sport daarom niet voor de prestatie, maar voor de gezondheidswinst op lange termijn. Dat de mantelzorger voorstelt ‘dan slaan we een balletje voor de lol, niet in competitieverband’, daar moet je heen.”
Maarten ziet vooral patiënten met mobiliteit- en balansproblematiek. Ze hebben moeite met lopen, zich verplaatsen, opstaan uit een stoel, in en uit bed stappen, omdraaien in bed en ze vallen regelmatig. Hij heeft verschillende tips om dit soort dingen net wat makkelijker te doen. Zonder dat het fysiek te belastend is voor de patiënt of de partner of mantelzorger.